Inhoudsopgave:
Koopkracht is een term die in de economie wordt gebruikt en die wordt gedefinieerd als het aantal goederen en diensten dat met een bepaalde hoeveelheid valuta kan worden gekocht. Koopkracht is een belangrijke economische overweging bij het bepalen van de kosten van levensonderhoud en de levensstandaard in verschillende landen. Verschillende factoren kunnen de koopkracht beïnvloeden.
prijzen
De kosten van goederen en diensten behoren tot de belangrijkste determinanten van koopkracht. Wanneer het prijsniveau stijgt, neemt de koopkracht af en wanneer het prijsniveau daalt, neemt de koopkracht toe als alle andere factoren gelijk worden gehouden. Als een dollar bijvoorbeeld vandaag een hamburger voor me koopt, maar hamburgers vanaf dat moment $ 1,10 per jaar, heb ik 10 procent meer geld nodig om een hamburger te kopen, wat betekent dat elke dollar minder koopkracht heeft. Prijsveranderingen in de tijd worden vaak berekend met behulp van een consumentenprijsindex (CPI). Een CPI houdt de prijzen bij van een "mandje" met normale consumptiegoederen zoals voedsel, kleding, benzine en andere benodigdheden om de algemene veranderingen in consumentenprijzen in de loop van de tijd weer te geven.
Werkelijk inkomen
Voor individuen in een economie is de koopkracht afhankelijk van het reële inkomen. Het reële inkomen is het bedrag aan inkomsten dat een persoon maakt gecorrigeerd voor veranderingen in prijzen (inflatie). Als het reële inkomen toeneemt, betekent dit dat een persoon in staat is om meer goederen en diensten te kopen met zijn of haar inkomen dan in het verleden mogelijk was. Het is belangrijk om inkomsten in 'echte' termen te beschouwen (gecorrigeerd voor inflatie), omdat inkomsten die niet zijn aangepast voor inflatie kunnen stijgen en toch resulteren in minder koopkracht. Als u bijvoorbeeld $ 50.000 per jaar verdient en een verhoging van $ 1.000 krijgt, zou uw koopkracht nog steeds dalen als de prijzen dat jaar met meer dan 2 procent zouden stijgen.
Belastingtarief
Hogere belastingtarieven hebben de neiging de koopkracht van particulieren te verlagen, omdat belastingen het reële inkomen verlagen. Belastingen laten minder geld achter in de zakken van individuen, wat betekent dat ze minder goederen en diensten kunnen kopen. Dit heeft de neiging om de consumentenbestedingen te verminderen, wat een sleutelfactor is voor het stimuleren van economische activiteit en groei. Daarom hebben hogere belastingen de neiging de economische groei te vertragen.
Wisselkoersen
Wisselkoersen beïnvloeden de koopkracht die een valuta heeft in een ander land, waar goederen moeten worden gekocht met een andere valuta. Bijvoorbeeld, als hamburgers 2 dollar in de Verenigde Staten en 1 euro in Duitsland kosten, en 2 dollar 1,5 euro kopen, hebben dollars meer koopkracht in Duitsland dan in de VS, omdat 2 dollar een hamburger met 0,5 euro zullen kopen voor Reserve. Reizen naar plaatsen waar wisselkoersen resulteren in een hogere koopkracht per dollar resulteert in een minder dure reis.